Hardheidsclausule levert € 5.000,- subsidie op! Door: mr. Annet van Soest
Een inwoner van Den Haag ontvangt een subsidie van € 5.000,- voor de aanschaf van een elektrische auto. De auto staat niet op naam van de aanvrager, maar op naam van zijn echtgenote. Dit is in strijd met de Subsidieregeling elektrische voertuigen Den Haag 2016. De subsidie wordt op nihil vastgesteld. Had het college van Den Haag de hardheidsclausule uit de Subsidieregeling toe moeten passen en de subsidie toch op € 5.000,- vast moeten stellen?
Ja, oordeelt de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State: het betreft hier een bijzonder geval en het toepassen van de Subsidieregeling leidt tot een onbillijkheid van overwegende aard (ECLI:NL:RVS:2019:1335). Er kan namelijk geen nieuwe aanvraag worden ingediend omdat de Subsidieregeling ook eist dat het aangeschafte voertuig niet eerder op naam stond van een echtgenote of op het adres van de aanvrager geregistreerd stond. Dit, om fraude en misbruik te voorkomen. Vast staat dat aan alle overige subsidievoorwaarden is voldaan en geen sprake is van fraude of misbruik. Het college van Den Haag paste de hardheidsclausule niet eerder toe en stelde nog niet een subsidie om dezelfde reden op nihil vast. Bij aanschaf van de auto hield de aanvrager rekening met de subsidie. Bovendien draagt de aanschaf en het gebruik van de auto bij aan het doel van de Subsidieregeling: het stimuleren en gebruik van elektrische auto’s en de verbetering van de luchtkwaliteit in Den Haag.
Wel of niet een hardheidsclausule opnemen in een subsidieregeling? Wil je meer te weten komen over het opstellen van subsidieregels, schrijf je dan voor de Masterclass goed geregeld: Het opstellen van subsidieverordeningen op 28 mei 2019 in Utrecht.