Overmacht vanwege gedwongen sluiting geen dringende reden voor ontslag op staande voet
Een kok met een tijdelijk contract wordt ontslagen, omdat zijn werkgever zijn salaris niet meer kan betalen. Het bedrijfsresultaat is nihil, maar de NOW treft geen voorziening voor een tijdelijk contract. De werknemer berust in het ontslag, maar wil aanspraak maken op een vergoeding vanwege onregelmatig opzeggen, een transitievergoeding en een billijke vergoeding. De kantonrechter oordeelt dat overmacht vanwege gedwongen sluiting als gevolg van de corona-pandemie geen dringende reden oplevert voor een ontslag op staande voet. De route van een ontslag vanwege bedrijfseconomische reden was aangewezen. Omdat de werknemer berust in het ontslag, blijft het in stand. De kantonrechter wijst de vorderingen van de werknemer toe, maar stelt de billijke vergoeding wegens het coronavirus en het korte dienstverband op nihil. Lees hier de hele uitspraak: ECLI:NL:RBAMS:2020:4266.