Op 26 juni 2024 heeft de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State (hierna: de Afdeling) een uitspraak gedaan over de sluiting van een pand op grond van artikel 13b van de Opiumwet. De Afdeling is van oordeel dat de burgemeester van zijn bevoegdheid tot het sluiten van het pand gebruik heeft mogen maken.
In deze zaak ging het om de sluiting van een pand voor de duur van zes maanden. De politie heeft in het kader van strafrechtelijk onderzoek naar georganiseerde drugscriminaliteit onderzoek verricht bij het pand. Opmerkelijk daarbij is dat de politie geen drugs in het pand heeft aangetroffen (zoals vaak het geval is in dit soort zaken), maar dat de politie een partij cocaïne vanuit Colombia heeft onderschept die bestemd was voor het pand. Vervolgens heeft de politie de drugs zelf afgeleverd bij het pand, waarna geconstateerd werd dat de dozen op het terrein van het pand werden overgeladen in andere voertuigen. De politie heeft het pand doorzocht, waarbij administratie en gegevensdragers in beslag zijn genomen.
De Afdeling constateert dat de burgemeester kon opmaken dat het pand een rol speelde in de keten van drugshandel. De pakketten waren immers vanuit het drugscircuit bestemd voor het pand. Dat de pakketten door de politie zijn bezorgd bij het pand en dat de zending niet in het pand is geweest, maar buiten het pand is overgeladen, maakt dit niet anders. De Afdeling wijst erop dat er in artikel 13b Opiumwet wordt gesproken over de aanwezigheid van drugs op een bij een woning of lokaal behorend erf. Ook volgt de Afdeling de stellingen van de burgemeester dat er een risico bestond voor de omwonenden en dat het pand gelegen was in een wijk die kwetsbaar is voor drugscriminaliteit. De Afdeling oordeelt verder dat het besluit tot sluiting evenwichtig was, ondanks het feit dat de verhuurder op een goede manier invulling heeft gegeven aan zijn zorgplicht als verhuurder.
Meer weten over de bevoegdheden van de burgemeester?
Kom tijdens onze eendaagse cursus meer te weten over de bevoegdheden van de burgemeester tot handhaving van de openbare orde.