De WNT is van toepassing op topfunctionarissen van:
- rijk, provincies, gemeenten, waterschappen;
- zorg- en onderwijsinstellingen, woningbouwcorporaties, zorgverzekeraars en organisaties op het terrein van ontwikkelingssamenwerking en cultuur;
- gesubsidieerde en overige instellingen zoals gemeenschappelijke regelingen en zelfstandige bestuursorganen.
Topfunctionarissen op grond van de WNT zijn kort gezegd:
- de leden van de hoogste uitvoerende of toezichthoudende organen;
- de hoogste ondergeschikte of de leden van de groep hoogste ondergeschikten;
- degenen die belast zijn met de dagelijkse leiding.
De wet geeft specifiek aan wie bij het rijk, provincies, gemeenten en waterschappen als topfunctionaris wordt aangemerkt en onder de WNT valt. Voor provincies en gemeenten zijn dit bijvoorbeeld de secretaris en de griffier.
De WNT geldt niet alleen voor topfunctionarissen die in loondienst zijn, maar is ook van toepassing op zelfstandigen (zzp'ers) of topfunctionarissen zonder dienstbetrekking (interim-bestuurders).