Degenen van wie persoonsgegevens worden verwerkt (betrokkenen) hebben de volgende rechten:
- het recht op informatie
- het recht op inzage
- het recht op rectificatie
- het recht op gegevenswissing (vergetelheid)
- het recht op beperking van de verwerking
- het recht op overdraagbaarheid (dataportabiliteit)
- het recht van bezwaar
- het recht niet te worden onderworpen aan geautomatiseerde individuele besluitvorming / profilering
Recht op informatie (artikel 13 en 14 AVG)
Een betrokkene moet op de hoogte worden gesteld van het feit dat verwerking van zijn persoonsgegevens plaatsvindt of zal plaatsvinden en wat de doeleinden hiervan zijn. De AVG geeft aan welke informatie in ieder geval verstrekt moet worden, bijvoorbeeld informatie over de periode, de rechten van betrokkene, de bron van gegevens en de juridische grondslag voor de verwerking. Verandert het doel van de verwerking, dan moet ook daarover informatie worden verstrekt.
Recht van inzage (artikel 15 AVG )
Betrokkenen hebben het recht te weten of hun betreffende persoonsgegevens worden verwerkt door de verantwoordelijke. De AVG bevat een opsomming van de informatie waarvoor het recht van inzage geldt. De verwerkingsverantwoordelijke moet betrokkene een kopie verstrekken van de persoonsgegevens die worden verwerkt.
Recht op rectificatie (artikel 16 AVG)
Betrokkene heeft recht op rectificatie van hem betreffende onjuiste persoonsgegevens dan wel het recht een aanvullende verklaring te verstrekken wanneer de verwerking plaatsvindt op basis van onvolledige gegevens. De rectificatie moet meteen plaatsvinden. De verwerkingsverantwoordelijke is verplicht iedere ontvanger aan wie persoonsgegevens zijn verstrekt in kennis te stellen van elke rectificatie, tenzij dit onmogelijk is of onevenredig veel inspanning vraagt.
Recht op gegevenswissing / vergetelheid (artikel 17 AVG)
De verwerkingsverantwoordelijke is verplicht persoonsgegevens van de betrokkene zonder onredelijke vertraging te wissen, onder andere indien:
- persoonsgegevens niet langer nodig zijn voor de doeleinden waarvoor zij zijn verzameld of anderszins verwerkt;
- de betrokkene zijn toestemming intrekt en er geen andere rechtsgrond voor verwerking bestaat;
- betrokkene bezwaar maakt tegen de verwerking en er zijn geen dwingende gerechtvaardigde gronden voor de verwerking die prevaleren;
- de persoonsgegevens onrechtmatig verwerkt zijn.
De betrokkene heeft het recht te eisen dat alle informatie, die direct of indirect naar hem herleidbaar is, wordt verwijderd. Dat betekent dat de organisatie die de persoonsgegevens heeft verwerkt ook moet zorgen dat gegevens die elders terecht zijn gekomen (bijvoorbeeld bij een potentiële werkgever) daar verwijderd worden. Het wissen van gegevens is niet altijd verplicht, bijvoorbeeld wanneer ze nog nodig zijn voor de doeleinden waarvoor ze zijn verwerkt.
Recht op beperking van de verwerking (artikel 18 AVG)
Het recht op beperking houdt in dat de persoonsgegevens (tijdelijk) niet verwerkt mogen worden en niet gewijzigd mogen worden. Het feit dat de verwerking van de persoonsgegevens beperkt is, moet door de verwerkingsverantwoordelijke duidelijk in het bestand zijn aangegeven zodat dit ook duidelijk is voor ontvangers van de persoonsgegevens. Wanneer de beperking weer wordt opgeheven, moet de betrokkene hiervan op de hoogte worden gebracht.
Een verwerking moet onder andere worden beperkt wanneer betrokkene aanvoert dat de verwerkte persoonsgegevens niet juist zijn of de verwerking onrechtmatig is en de betrokkene zich verzet tegen het wissen en verzoekt om beperking.
Recht op overdraagbaarheid / dataportabiliteit (artikel 20 AVG)
Het recht op dataportabiliteit houdt in dat een betrokkene het recht heeft zijn persoonsgegevens van een verwerkingsverantwoordelijke te verkrijgen in gestructureerde, gangbare en machineleesbare vorm. Een betrokkene moet zo de mogelijkheid hebben zijn persoonsgegevens zonder obstakels over te kunnen dragen aan een nieuwe verwerkingsverantwoordelijke, bijvoorbeeld bij het wisselen van dienstverlener. Het recht op dataportabiliteit bestaat alleen wanneer de verwerking berust op toestemming of op een overeenkomst én de verwerking geautomatiseerd is.
Recht van bezwaar (artikel 21 AVG)
Een betrokkene kan vanwege redenen die verband houden met zijn specifieke situatie gebruik maken van dit recht van bezwaar (dat niet vergelijkbaar is met bezwaar op grond van de Awb) tegen de verwerking van hem betreffende persoonsgegevens, als voldaan is aan de in de verordening genoemde eisen. Als een betrokkene bezwaar maakt staakt de verwerkingsverantwoordelijke de verwerking, tenzij dwingende gerechtvaardigde gronden anders bepalen.
Recht niet te worden onderworpen aan geautomatiseerde individuele besluitvorming / profilering (artikel 22 AVG)
Bij dit recht kan bijvoorbeeld gedacht worden aan de automatische weigering van een online ingediende kredietaanvraag of aan de verwerking van sollicitaties via internet zonder menselijke tussenkomst. In drie gevallen is geautomatiseerde individuele besluitvorming wel mogelijk:
- het is noodzakelijk voor de totstandkoming of de uitvoering van een overeenkomst;
- het is toegestaan bij een Unierechtelijke of lidstaatrechtelijke bepaling;
- het berust op de uitdrukkelijke toestemming van de betrokkene.
Ondersteuning door Vijverberg Advocaten & Adviseurs
Schakel ons kantoor in voor advisering of ondersteuning in privacykwesties. Ook als u overweegt om een klacht in te dienen bij de AP of op een andere wijze de rechtmatigheid van verwerking van persoonsgegevens aan de orde wilt stellen, kunt u bij ons terecht. Wij beschikken over privacyspecialisten die u graag bijstaan. U wordt dan op een professionele wijze door een praktisch ingestelde en deskundige jurist ondersteund en geadviseerd. Via Vijverberg kunt u ook een functionaris voor de gegevensbescherming raadplegen of een procesjurist inhuren. Bel ons voor een vrijblijvend kennismakingsgesprek: 079 - 3631919.