Werkloosheidswet
De regels over de werkloosheidsuitkering zijn onderdeel van het Nederlandse socialezekerheidsrecht en gericht op inkomensbescherming bij werkloosheid. Het doel hiervan is werknemers ondersteunen wanneer zij hun baan verliezen en tegelijkertijd het (her)intreden op de arbeidsmarkt bevorderen. Dit wordt ook wel de activerings- of re-integratiefunctie van de sociale zekerheid genoemd.
Vereisten voor een WW-uitkering
Om in aanmerking te komen voor een WW-uitkering, moet een werknemer voldoen aan vier belangrijke vereisten die in de Werkloosheidswet (WW) staan (artikel 15 WW):
- De werknemer is verzekerd voor werkloosheid;
- De werknemer is werkloos;
- De werknemer voldoet aan de referte-eis (26 uit 36 weken gewerkt);
- Er is geen uitsluitings- of eindigingsgrond van toepassing.
Voldoet de werknemer aan deze 4 eisen? Dan krijgt hij een basisuitkering van drie maanden. Als de werknemer ook voldoet aan de jareneis ('4 uit 5'-eis) kan hij daarnaast recht hebben op een verlengde WW-uitkering. De werknemer voldoet aan de jareneis als hij in vier van de laatste vijf jaren minimaal 208 uur loon heeft ontvangen. De hoogte van de uitkering wordt berekend op basis van het dagloon. Het dagloon voor de WW is gemaximeerd waardoor de uitkering nooit hoger is dan een percentage van het maximum dagloon.
Geldend maken van het recht op WW
Voldoet de werknemer aan de voorwaarden voor een WW-uitkering, dan betekent dat niet automatisch dat de werknemer die uitkering ook krijgt. Er zijn aanvullende eisen waaraan de werknemer moet voldoen om het recht geldend te maken. De werknemer moet namelijk:
- verwijtbare werkloosheid voorkomen;
- geen benadelingshandeling plegen;
- voorkomen werkloos te zijn of te blijven door passende arbeid te verkrijgen of te behouden;
- geldende formaliteiten nakomen;
- de mededelingsplicht nakomen.
Sancties bij overtredingen
Als een werknemer niet voldoet aan de voorwaarden voor het geldend maken van een WW-uitkering, kan het UWV een sanctie opleggen. Dit kan zijn:
- Een bestuurlijke boete bij schending van de mededelingsplicht; of
- Een maatregel: een tijdelijke of permanente korting of volledige stopzetting van de uitkering. Dit kan gebeuren als de werknemer verwijtbaar werkloos is, passende arbeid weigert of niet actief genoeg zoekt naar werk.
Als de overtreding niet verwijtbaar is, kan het UWV besluiten om af te zien van een sanctie of volstaan met een waarschuwing. Let op: de eigenrisicodrager is zelf verantwoordelijk voor de re-integratie in het kader van de WW. Het is daarom ook aan de eigenrisicodrager om te beoordelen of de (oud)werknemer zijn verplichtingen nakomt. Is dat niet het geval, dan moet de eigenrisicodrager dit melden bij UWV. Pas daarna beoordeelt UWV of er reden is een sanctie op te leggen. UWV controleert wel of de (oud)werknemer voldoende sollicitatieactiviteiten verricht en dus in kwantitatieve zin aan zijn verplichtingen voldoet.
Duur van de WW-uitkering
De duur van de WW-uitkering wordt bepaald door het arbeidsverleden van de werknemer. Voldoet de werknemer aan de jareneis (‘4 uit 5’-eis), dan kan de uitkering worden verlengd. Het arbeidsverleden bestaat uit een feitelijk en fictief arbeidsverleden. Als de werknemer niet voldoet aan de jareneis, duurt de WW-uitkering standaard drie maanden. Bij het voldoen aan de jareneis wordt de uitkeringsduur verlengd op basis van het aantal gewerkte jaren tot maximaal 24 maanden.
Advies en hulp
Vragen over de WW of uw rol daarin als eigenrisicodrager? Neem contact op met Vijverberg Advocaten & Adviseurs. Wij helpen u graag verder.
Advies nodig?
Bel ons: 079-3631919 of stuur een mail. Wij helpen u graag.