Langdurige arbeidsongeschiktheid en transitievergoeding, hoe staat het ermee?
Werkgevers zijn niet erg tevreden over de opstapeling van financiële verplichtingen bij langdurig zieke werknemers. Een werkgever betaalt tijdens ziekte van de werknemer het loon door gedurende 104 weken (twee jaar). Als de werknemer vervolgens op grond van arbeidsongeschiktheid wordt ontslagen heeft hij recht op een transitievergoeding. De transitievergoeding komt óók voor rekening van de werkgever. Deze extra financiële last wordt door werkgevers als te zwaar en niet terecht ervaren. Op 20 maart 2017 is een wetsvoorstel ingediend met als doel de werkgever voor de kosten van de transitievergoeding aan langdurig arbeidsongeschikte werknemers te compenseren.
Stand van zaken wetsvoorstel compensatie transitievergoeding
Driekwart jaar later is nauwelijks vooruitgang te zien in de behandeling van het wetsvoorstel. Gedurende de demissionaire kabinetsperiode is het wetsvoorstel controversieel verklaard en niet verder behandeld. De laatste informatie over het wetsvoorstel dateert van 19 september 2017: bij de rijksbegroting voor het jaar 2018 is aangegeven dat de geplande datum voor invoering van het wetsvoorstel (1 januari 2019) niet gehaald wordt. Beoogd wordt de wet zoals nu voorgesteld per 1 juli 2019 in werking te laten treden. Als de wet in werking treedt, geldt deze voor alle transitievergoedingen die na 1 juli 2015 door werkgevers aan langdurig arbeidsongeschikte werknemers zijn betaald.
Veel werkgevers hebben sinds 1 juli 2015 het dienstverband met langdurig arbeidsongeschikte werknemers niet beëindigd en houden het dienstverband ‘slapend’. Dit met het doel te voorkomen dat een transitievergoeding betaald moet worden.
Wat betekent het wetsvoorstel voor werkgevers?
Het wetsvoorstel biedt een vergoedingsregeling voor werkgevers. De regeling zorgt ervoor dat de kosten van de transitievergoeding die is verschuldigd bij ontslag na langdurige arbeidsongeschiktheid niet voor rekening van de individuele werkgever komen.
Wat wordt vergoed?
Vergoed worden de betaalde transitievergoeding én de eventueel in mindering gebrachte inzetbaarheidskosten. De opbouw van de vergoeding stopt echter op het moment dat de werkgever over had kunnen gaan tot beëindiging van het dienstverband wegens langdurige ziekte. De compensatie blijft dus beperkt tot het bedrag waar een werknemer recht op zou hebben op het moment dat de loondoorbetalingsplicht eindigt. Let wel: is een loonsanctie opgelegd, dan telt deze periode ook niet mee bij de berekening van de hoogte van de compensatie. Blijft na het ontstaan van de mogelijkheid het dienstverband te beëindigen het dienstverband (slapend) in stand, dan telt het volledige dienstverband mee voor de hoogte van de transitievergoeding, maar niet voor de hoogte van het compensatiebedrag.
Wat zijn de voorwaarden voor vergoeding?
De aard van de arbeidsverhouding (tijdelijk of vast dienstverband) of de wijze waarop het dienstverband eindigt, doen niet ter zake. Het dienstverband kan van rechtswege eindigen, worden opgezegd of ontbonden of met wederzijds goedvinden worden beëindigd. Bij beëindiging met wederzijds goedvinden zal nooit méér compensatie worden verstrekt dan waarop recht zou hebben bestaan bij opzegging of ontbinding. UWV verstrekt de compensatie uit het Algemeen werkloosheidsfonds.
In een nadere regeling zullen de regels worden opgenomen met betrekking tot de procedure. Deze regeling vindt haar basis in de wet en moet dus ook nog worden opgesteld. Wel is al duidelijk dat de werkgever zodanige informatie over het dienstverband, het eindigen van het dienstverband en de financiële verplichtingen naar de werknemer moet aanleveren, dat UWV in staat is om het recht op compensatie en de hoogte van de compensatie te beoordelen.
Conclusie en tips
- Sommige werkgevers wachten met het beëindigen van het dienstverband met een langdurig arbeidsongeschikte werknemer wegens de verschuldigde transitievergoeding. Het ‘slapende’ dienstverband telt wel mee voor de hoogte van de transitievergoeding, maar dat is niet het geval bij de hoogte van de compensatie. Zoals het wetsvoorstel nu luidt kan de werkgever door het beëindigen van het dienstverband oplopende kosten voor de transitievergoeding voorkomen. Onder omstandigheden kan dit anders liggen, bijvoorbeeld als de werknemer dicht tegen de pensioendatum aan zit.
- Als werkgever en werknemer een beëindigingsovereenkomst sluiten, neem dan expliciet daarin op dat de reden voor beëindiging gelegen is in langdurige arbeidsongeschiktheid en dat om die reden aan de werknemer een transitievergoeding wordt verstrekt.
- Bewaar het arbeidsongeschiktheidsdossier van de werknemer. UWV zal bij de beoordeling van de compensatie de informatie nodig hebben. Welke informatie UWV in ieder geval nodig heeft is hierboven beschreven.