Psychisch ziek door het werk: nieuwe jurisprudentie!
Als een medewerker psychisch ziek is door het werk, kan hij niet gekort worden op zijn bezoldiging. Wanneer is sprake van werkgerelateerde psychische klachten? Recent heeft de Centrale Raad van Beroep de jurisprudentie op dit punt flink aangescherpt. (CRvB 21 juli 2011, LJN: BR4097)
Doorbetalen of korten?
De meeste rechtspositieregelingen bepalen dat na een periode van langdurige ziekte een korting op de bezoldiging plaatsvindt. Doorgaans gaat het om een gestaffelde korting: na 6 maanden wordt bijvoorbeeld nog 90% van de bezoldiging uitbetaald en na 12 maanden ziekte 75%. Dat kan verschillen per overheidssector.
De korting blijft achterwege wanneer sprake is van een zogenaamde beroepsziekte waarbij de arbeidsongeschiktheid is veroorzaakt "in en door de dienst". Dat wil zeggen dat de arbeidsongeschiktheid in overwegende mate zijn oorzaak vindt in de aard van de opgedragen werkzaamheden of in de bijzondere omstandigheden waaronder deze moeten worden verricht. Er mag daarbij geen sprake zijn van schuld of nalatigheid aan de kant van de medewerker. De zieke medewerker houdt in zo'n geval recht op zijn volledige bezoldiging.
Werkgerelateerde psychische klachten
Over het recht op doorbetaling van de bezoldiging bij psychische klachten, veroorzaakt in en door de dienst, hanteert de Centrale Raad van Beroep al lange tijd dezelfde norm. Die houdt in dat de werkomstandigheden die tot de psychische ziekte hebben geleid geobjectiveerd moeten worden. Het werk of de werkomstandigheden moeten - objectief gezien - een buitensporig of excessief karakter hebben (CRvB 4 mei 2006, LJN: AX3244, TAR 2007/19). Min of meer gebruikelijke schommelingen in werkdruk of spanningen tijdens een reorganisatie vallen daar bijvoorbeeld niet onder.
Hoewel de Raad niet snel oordeelt dat sprake is van buitengewone omstandigheden zijn in de rechtspraak diverse voorbeelden te vinden van excessieve arbeidsomstandigheden. Zo werd een explosieve werksfeer, veroorzaakt door een leidinggevende die een sfeer van angst en intimidatie veroorzaakte op zijn afdeling en zijn medewerkers terroriseerde, als excessief aangemerkt (CRvB 26 mei 2004, TAR 2005/2). Ook stelselmatige grensoverschrijdende pesterijen en treiterijen kunnen excessieve werkomstandigheden opleveren (CRvB 23 maart 2006, LJN: AX1651).
Als vast staat dat er buitensporige werkomstandigheden in het spel zijn, komt de vraag aan de orde of er tussen die werkomstandigheden en de psychische arbeidsongeschiktheid een oorzakelijk verband is. Dit is een vraag die alleen een medicus kan beantwoorden. Als het antwoord bevestigend is, behoudt de medewerker zijn recht op volledige bezoldiging. In de praktijk blijkt het voor een medicus niet altijd eenvoudig vast te stellen wat de oorzaak van een bepaald ziektebeeld is, en of die oorzaak in de werkomstandigheden is gelegen.
De uitspraak van 21 juli 2011
Aan dat laatste - bewijsrechtelijke - probleem komt de uitspraak van de Centrale Raad van Beroep van 21 juli 2011 tegemoet. De Raad is van oordeel dat als aantoonbaar of objectief sprake is van buitensporige werkomstandigheden, uitgegaan moet worden van een vermoeden van een causaal verband tussen die omstandigheden en de ziekte. De vraag naar een causaal verband kan zich daarbij beperken tot de vraag of er een evident andere oorzaak is voor de ziekte dan de werkomstandigheden.
Met andere woorden: waar onder de oude jurisprudentie nog ruimte was voor de werkgever (bedrijfsarts) om zich zelfstandig een oordeel te vormen over het causaal verband, is die ruimte nu geheel verdwenen. Alleen indien de werkgever kan aantonen dat er een evident aantoonbare andere oorzaak is voor de psychische klachten, kan doorbetaling van de volledige bezoldiging achterwege blijven. De bewijslast is als gevolg van de uitspraak dus overgegaan van de medewerker naar de werkgever.
Conclusie
In de praktijk wordt het voor een medewerker met werkgerelateerde psychische klachten eenvoudiger om zijn recht op volledige bezoldiging veilig te stellen. Weliswaar zal de medewerker moeten kunnen aantonen dat sprake is van buitensporige werkomstandigheden, maar als hij daarin slaagt, is het aan de werkgever om aan te tonen dat de psychische klachten een overduidelijk andere oorzaak hebben. Dit zal in veel gevallen langdurende discussies en procedures over de oorzaak van de psychische klachten voorkomen. In de praktijk zal blijken of deze uitspraak ook op het terrein van schadevergoedingsverzoeken betekenis zal hebben.
Tips:
- Wees alert op de aanwezigheid van andere oorzaken voor psychische problematiek en bespreek dit met de bedrijfsarts.
- De bedrijfsarts doet er goed aan al in een vroeg stadium zo veel mogelijk medische informatie uit de behandelende sector op te vragen.
- Is er binnen uw organisatie al beleid over pestgedrag, bijvoorbeeld een protocol en een klachtenregeling?
- Houdt uw organisatie regelmatig een werknemertevredenheidonderzoek?