Geldt voor de externe medewerker ook de (verzwaarde) integriteitsnorm uit de Ambtenarenwet?
Geschreven door: Charissa Smith
Overheden huren regelmatig externe medewerkers in voor bijvoorbeeld het leiden van een project of ter vervanging van een langdurig afwezige collega. Medewerkers die in dienst treden van een overheidsorganisatie leggen de eed of de belofte af omdat in de Ambtenarenwet speciale regels zijn opgenomen over de integriteit van ambtenaren. Op de eigen medewerkers is de Ambtenarenwet dan ook van toepassing. Een externe medewerker legt geen eed of belofte af. Op deze medewerker is de Ambtenarenwet niet van toepassing. Kan een overheidsorganisatie dezelfde (verzwaarde) integriteitsregels stellen aan een externe medewerker als aan een eigen ambtenaar?
Casus integriteits- en geheimhoudingsverklaring
Een overheidsorganisatie huurt door tussenkomst van een bureau een externe medewerker in. Bij aanvang van de werkzaamheden ondertekent de externe medewerker een Integriteits- en geheimhoudingsverklaring. De samenwerking verloopt niet zoals gewenst en de overheidsorganisatie besluit de inhuur van de externe medewerker voortijdig te beëindigen. De externe medewerker is het niet eens met deze beslissing en stuurt vervolgens e-mails met een beledigende inhoud aan verschillende personen binnen de overheidsorganisatie. In de Integriteits- en geheimhoudingsverklaring staat dat een externe medewerker zich respectvol moet gedragen en de overheidsorganisatie wil dat de externe medewerker deze gedragsregel nakomt. Wat te doen?
Ambtenarenwet en integriteits- en geheimhoudingsbeleid
In de Ambtenarenwet zijn gedragsregels voor de ambtenaar vastgelegd. Zo moet een ambtenaar zich als goed ambtenaar gedragen, mag hij geen schenkingen aannemen en is zijn vrijheid van meningsuiting beperkt indien zijn mening de uitoefening van zijn functie bemoeilijkt. Aan deze gedragsregels hoeft de ambtenaar zich niet meer te houden zodra de ambtenaar uit dienst treedt. De enige gedragsregel die van toepassing blijft, ook al is de ambtenaar uit dienst, is de geheimhoudingsplicht. Met andere woorden: ook als een ambtenaar uit dienst is, staat het hem niet vrij om vertrouwelijke informatie die hem in verband met zijn functie ter kennis is gekomen openbaar te maken.
Veel overheidsorganisaties hebben de gedragsregels uit de Ambtenarenwet nader uitgewerkt in Integriteits- en geheimhoudingsbeleid. Een externe medewerker is verplicht om een integriteits- en geheimhoudingsverklaring te ondertekenen als deze verplichting is opgenomen in dit interne beleid. Door ondertekening van deze verklaring is een externe medewerker verplicht om de gedragsregels die in deze verklaring staan opgenomen na te leven. Voor de gedragsregels die in de Integriteits- en geheimhoudingsverklaring staan opgenomen geldt veelal dat deze uitsluitend van toepassing zijn zolang de inhuur van de externe medewerker duurt. Eindigt de inhuur van de externe medewerker dan eindigt ook de verplichting om deze gedragsregels na te komen. Alleen de verplichting tot geheimhouding blijft in veel gevallen na afloop van de inhuur van de externe medewerker gelden. Dit betekent dan ook dat een overheidsorganisatie na afloop van de inhuur van de externe medewerker uitsluitend naleving kan vorderen van het deel van de Integriteits- en geheimhoudingsverklaring dat ziet op de geheimhouding. De gebondenheid aan de overige gedragsregels eindigt veelal met het einde van de inhuur van de externe medewerker.
Conclusie
Tijdens de looptijd van een overeenkomst inzake de inhuur van een externe medewerker kan deze externe medewerker gebonden worden aan de (verzwaarde) integriteitsnorm die voor ambtenaren geldt door de externe medewerker een Integriteits- en geheimhoudingsverklaring te laten ondertekenen. Na afloop van de inhuur van een externe medewerker is deze externe medewerker niet langer gebonden aan de (verzwaarde) integriteitsnorm die voor ambtenaren geldt, tenzij in de Integriteits- en geheimhoudingsverklaring of in de overeenkomst inzake de inhuur van de externe medewerker is bepaald dat de externe medewerker ook na afloop van de inhuur gebonden blijft aan de (verzwaarde) integriteitsnorm die voor ambtenaren geldt. Is deze verlengde gebondenheid niet overeengekomen dan is de externe medewerker na afloop van de inhuur uitsluitend nog gebonden aan de geheimhouding.
Houdt de ex-medewerker zich niet aan die geheimhoudingsplicht, dan is het verstandig hem er schriftelijk op aan te spreken, goed en zorgvuldig onderzoek te doen naar die schending en hem zo nodig in een procedure bij de rechtbank tot nakoming te dwingen.
Tips
Om ervoor te zorgen dat een externe medewerker ook na afloop van de inhuur nog gebonden is aan alle gedragsregels die staan opgenomen in de Integriteits- en geheimhoudingsverklaring, is het van belang om ervoor te zorgen dat de Integriteits- en geheimhoudingsverklaring ook van toepassing blijft na beëindiging van de inhuur. Dit is eenvoudig te realiseren door in de Integriteits- en geheimhoudingsverklaring op te nemen dat deze verklaring zogenaamde ‘post-contractuele werking’ heeft. Met andere woorden: ook een voormalig externe medewerker blijft verplicht om zich integer te gedragen jegens de overheidsorganisatie.
Advies nodig?
Vijverberg adviseert overheidsorganisaties over het opstellen van een Integriteits- en geheimhoudingsverklaring en de ontwikkeling en uitvoering van integriteitsbeleid.