Ja, ik wil!!!
Regelmatig worden overeenkomsten gesloten tussen werkgever en ambtenaar met afspraken over de beëindiging van het dienstverband. Vaak wordt daarbij gekozen voor een ontslag op eigen verzoek. Kan een door de ambtenaar ondertekende overeenkomst als een ontslagverzoek van de ambtenaar worden aangemerkt?
Casus
In verband met verstoorde arbeidsverhoudingen sluiten werkgever en ambtenaar een convenant. In het convenant is opgenomen dat de ambtenaar op kosten van de werkgever en met behoud van salaris met ingang van 1 mei 2000 gedurende één jaar een opleiding mag volgen. Tevens komen in dit convenant de volgende zinnen voor: “Per 1 mei 2001 wordt u op uw eigen verzoek ontslagen uit uw aanstelling bij de dienst SZA. Aanspraken op wachtgeld kunt u daarom niet laten gelden.” Het convenant wordt door beide partijen ondertekend. In april 2001 meldt de ambtenaar dat zij de opleiding niet in één jaar zal kunnen afronden. Zij zal daarom niet verzoeken om ontslag per 1 mei 2001.
De werkgever stelt zich op het standpunt dat de ambtenaar met het ondertekenen van het convenant een verzoek om ontslag heeft ingediend en dat de werkgever met ondertekening van het convenant het ontslag heeft verleend. Daarom meldt de werkgever de ambtenaar dat zij wordt gehouden aan wat bij convenant is overeengekomen en dat het dienstverband per 1 mei 2001 eindigt. De uitdiensttreding zal zonder verdere besluitvorming worden doorgevoerd. De ambtenaar is van mening dat voor een ontslag op eigen verzoek nog een aanvraag van haar nodig is en die weigert ze te doen. Wie heeft gelijk?
Overeenkomsten
De ambtelijke rechtspositie gaat uit van eenzijdige besluiten. Desondanks zijn overeenkomsten die gesloten worden tussen werkgever en ambtenaar al lang geen onbekend verschijnsel meer. Volgens de Centrale Raad van Beroep dient een overeenkomst met afspraken over de beëindiging van een dienstverband, te worden aangemerkt als nadere regeling van de aan het bevoegde orgaan toekomende ontslagbevoegdheid. (Centrale Raad van Beroep 4 november 2004, TAR 2005/8)
Zowel de werkgever als de ambtenaar is aan de overeenkomst gebonden op grond van het rechtszekerheidsbeginsel.
Wilsuiting
Niet zelden vormt een ontslag op eigen verzoek het sluitstuk van een overeenkomst tussen werkgever en een ambtenaar. Met het ondertekenen van de overeenkomst, wordt een vaak slepend probleem opgelost. Voor een ontslag op eigen verzoek is een ondubbelzinnige en onmiskenbare wilsuiting van de ambtenaar nodig. Een door de ambtenaar ondertekende overeenkomst of een door de ambtenaar voor akkoord getekende brief, kan volgens de Centrale Raad van Beroep als ontslagverzoek van de ambtenaar worden aangemerkt (Centrale Raad van Beroep 15 augustus 1996, TAR 1996/173). Daarvoor zal wel ondubbelzinnig en onmiskenbaar uit de tekst van de overeenkomst moeten blijken dat de ambtenaar dit ontslag daadwerkelijk wenst. In dat geval is een ontslagverzoek op enig tijdstip na het ondertekenen van de overeenkomst niet meer nodig. De ondertekening van de werkgever kan vervolgens de functie van ontslagbesluit vervullen.
Terug naar de casus
In de geschetste casus leek de werkgever het dus bij het rechte eind te hebben. Er lijkt geen ontslagverzoek nodig en ook geen ontslagbesluit. Toch was er een probleem. De Centrale Raad van Beroep overweegt in deze zaak het volgende:
- uit de tekst van het convenant blijkt niet dat er sprake was van een ondubbelzinnige en onmiskenbare wilsuiting van de ambtenaar, gericht op beëindiging van de dienstbetrekking per 1 mei 2001;
- het convenant bevat geen besluit van de werkgever om de ambtenaar ontslag te verlenen met ingang van genoemde datum;
- in het convenant is opgenomen dat, mocht de ambtenaar onverhoopt besluiten haar studie niet af te ronden of er de voorkeur aan geven haar dienstverband bij SZA voort te zetten, haar verlof met ingang van 1 mei 2000 zal worden beschouwd als onbetaald verlof.
De Raad concludeert vervolgens dat de overeenkomst dus niet in alle gevallen leidt tot een ontslag op eigen verzoek. Om die reden kan de ondertekening door ambtenaar van de overeenkomst niet als ontslagverzoek dienen en de ondertekening door de werkgever niet als besluit tot het verlenen van ontslag per 1 mei 2001. De Centrale Raad van Beroep komt tot het oordeel dat het dienstverband van de ambtenaar niet met ingang van 1 mei 2001 is geëindigd. (Centrale Raad van Beroep 13 mei 2004, TAR 2004/163)
Conclusie
Het ondertekenen van een overeenkomst door een ambtenaar met daarin een clausule dat de ambtenaar op een genoemde datum ontslag op eigen verzoek wordt verleend, kan een effectief middel zijn om uit een impasse te geraken. Een ondertekende overeenkomst kan zowel de functie van ontslagverzoek als ontslagbesluit vervullen. Uit de tekst van de overeenkomst moet dan wel ondubbelzinnig en onmiskenbaar blijken dat partijen dit willen. Dit zal niet het geval zijn, indien de overeenkomst niet in alle gevallen leidt tot een ontslag op eigen verzoek.
Tip
Neem in de overeenkomst expliciet op dat de ambtenaar door ondertekening van de overeenkomst ontslag verzoekt met ingang van een bepaalde datum en dat de werkgever door ondertekening van de overeenkomst het ontslag aan de ambtenaar verleent met ingang van genoemde datum. Sluit verder alle “ontsnappingsmogelijkheden” uit. Dus stel het ontslag niet afhankelijk van opleidingen, outplacement of andere omstandigheden.