Uitleg van overeenkomst na aanbesteding, wat gaat voor?

Aanbestedingsrecht en contractenrecht

Na de gunning en contractsluiting die volgen op een aanbestedingsprocedure kan tijdens de uitvoering van de opdracht verschil van mening ontstaan over de uitleg van de overeenkomst. Onlangs werd een dergelijk geschil in hoger beroep voorgelegd aan het Hof Leeuwarden (Gerechtshof Leeuwarden 15 juni 2010, LJN:BM8441).

Casus

Een gemeente heeft na een Europese openbare aanbestedingsprocedure voor leerlingenvervoer een overeenkomst gesloten met een vervoerder. Deze overeenkomst bevat een bepaling over meer- en minderwerk. Na drie jaar stelt de vervoerder de gemeente voor de overeengekomen tarieven te wijzigen. De gemeente laat de vervoerder weten dat zij hier niet mee akkoord gaat, waarna de vervoerder de wijze van declareren van meerwerk wijzigt. Hij baseert de berekening voor meerwerk op een andere bepaling over meer- en minderwerk dan tot dan toe het geval was. De gemeente is het niet eens met deze verandering.

Geschil

Kernpunt van de zaak is op welke wijze de vervoerder volgens de bepalingen van de overeenkomst gerechtigd is meerwerk te declareren. Het standpunt van de vervoerder komt er op neer dat hij op grond van de overeenkomst voor al het meerwerk steeds het tarief voor een 8-persoonsbusje mag berekenen. Dit is ook de wijze waarop hij inmiddels het meerwerk is gaan declareren. De gemeente stelt dat meerwerk dient te worden afgerekend overeenkomstig de in de bepaling over meer- en minderwerk opgenomen tabel met tarieven voor meer- en minderwerk. Daarmee is het tarief afhankelijk van het voor het meerwerk ingezette voertuig. Dit is de wijze van berekening van meerwerk zoals die door vervoerder in eerste instantie werd gehanteerd. De gemeente wijst op de tekstuele verschillen tussen de artikelen over de toename van het aantal leerlingen en bestemmingen in de conceptovereenkomst die tot de aanbestedingsstukken hoorden en de artikelen hierover in de definitieve overeenkomst en voert onder meer aan dat als het standpunt van vervoerder zou worden gevolgd de meer- en minderwerktabel onnodig zou zijn. De gemeente stelt dat in de definitieve overeenkomst ten onrechte een zinsnede over de inzet van 8-persoonsbusjes is blijven staan toen in de definitieve overeenkomst enkele woorden werden vervangen door een verwijzing naar de meer -en minderwerktabel. De rechtbank wijst de vordering van vervoerder af.

Beoordeling

Ook het hof volgt de uitleg van vervoerder niet. Indien het inderdaad de bedoeling was geweest om al het meerwerk op basis van het tarief voor een 8-persoonsbusje af te rekenen dan had het voor de hand gelegen dit expliciet in de overeenkomst op te nemen. Het hof meent verder dat indien al het meerwerk op basis van het tarief van een 8-persoonsbusje zou moeten worden afgerekend het onverklaarbaar is dat in de tabel voor meer- en minderwerk onderscheid wordt gemaakt naar het voor het meerwerk in te zetten type voertuig. Het hof oordeelt gezien het vorengaande, dat de uitleg van de gemeente redelijk is. Daarbij is van belang dat de vervoerder zijn inschrijving voor de aanbesteding mede heeft gedaan op basis van de bepalingen uit de conceptovereenkomst over de door de gemeente verschuldigde vergoeding bij toename van het aantal te vervoeren leerlingen of het aantal bestemmingen. De tekst van de conceptovereenkomst wordt relevant geacht bij de uitleg van de definitieve artikelen. Daarom kan vervoerder aldus het hof niet volhouden dat zij de meer- en minderwerkregeling zoals opgenomen in de definitieve overeenkomst redelijkerwijs anders mocht opvatten dan in de daaraan door de gemeente gegeven zin. Verder oordeelt het hof dat nu de (concept)overeenkomst door de gemeente in het kader van de aanbestedingsprocedure is opgesteld, zonder dat inschrijver hierbij betrokken is geweest of daarop anderszins invloed heeft kunnen uitoefenen, aan de normaal gangbare betekenis van de bewoordingen in het normale spraakgebruik vergaand gewicht toekomt en bekrachtigt het vonnis van de rechtbank.

Conclusie

Volgens vaste jurisprudentie kan de vraag hoe in een schriftelijk contract de verhouding tussen partijen is geregeld, niet worden beantwoord op grond van alleen maar een zuiver taalkundige uitleg van de bepalingen van het contract. Ook is van belang wat partijen in de gegeven omstandigheden redelijkerwijs van elkaar mochten verwachten. Als het echter een contract betreft dat in het kader van een aanbestedingsprocedure is opgesteld, komt aan de normaal gangbare betekenis van de bewoordingen in het normale spraakgebruik wel vergaand gewicht toe.

Tips

• Zorg voor duidelijke en goed afgestemde bepalingen in de overeenkomst, die niet voor meerdere uitleg vatbaar zijn.

• Leg een eventuele afgesproken aanpassing van de conceptovereenkomst (wellicht ten overvloede: dit mag na een aanbesteding uiteraard slechts een zeer ondergeschikte wijziging betreffen) vast richting contractspartij door alvorens tot ondertekening van de definitieve overeenkomst over te gaan, de wijziging en de eventuele strekking daarvan te bevestigen en de contractspartij zich hiermee bekend en akkoord te laten verklaren.

Ontvang onze publicaties

Ontvang ons cursusaanbod

Volg ons op social media

Gerelateerde publicaties

Begrotingssubsidie: recht op mededinging, het vervolg!

Aanbestedingsrecht en contractenrecht
Bestuursrecht
Geschreven door: mr. Charissa Smith In onze publicatie van 5 juli 2024 hebben wij een overzicht gegeven van verschillende uitspraken van de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State over…

Begrotingspostsubsidie: recht op mededinging?

Aanbestedingsrecht en contractenrecht
Bestuursrecht
Geschreven door: mr. Charissa Smith Een begrotingspostsubsidie is een subsidie zonder wettelijk voorschrift, waardoor er geen subsidieregeling hoeft te worden opgesteld. Uit de wetgeschiedenis blijkt dat de noodzaak voor een…

Eerdere publicaties

Aanbestedingsrecht en contractenrecht
Aanbestedingsrecht en contractenrecht

Latere publicaties

Aanbestedingsrecht en contractenrecht
Aanbestedingsrecht en contractenrecht
Aanbestedingsrecht en contractenrecht